artikel geschreven voor De weerbare verpleeg- en zorgkundige
Er zijn héél
véél redenen om op 24 november onze stem te laten horen! We snijden hier 7
thema’s aan (niet toevallig een bijbels getal) die een idee geven van “de
komende neoliberale armageddon in de zorg” indien we Maggie en de regering hun
gang laten gaan.
1. Voor een nieuw sociaal akkoord!
Het zijn niet
enkel de brutale besparingen met o.a. de aanval op de ADV-dagen maar er is ook
een eisenbundel om tot een nieuw sociaal akkoord te komen in de sector (zowel
voor de federale als de Vlaamse sectoren) Het laatste sociaal meerjarenakkoord
van betekenis voor de federale sectoren (ziekenhuizen
en co) was dat van 2005-2010. Het jaar
2005 was dan ook de laatste keer dat de witte woede massaal en intensief van
zich liet horen. Het eindigde in een actie- en stakingsbeweging “tot de
finish.” Na dit akkoord werden we systematisch afgescheept met mini-akkoordjes
met dito inhoud.
De Vlaamse
sectoren (gezinszorg, opvoedingsinstellingen, de beschutte en sociale
werkplaatsen, …) wisten echter nog een VIA 4 (vierde Vlaams Intersectoraal Akkoord) uit de
brand te slepen voor 2011-1015, wat een belangrijke vooruitgang voor de zeer
diverse sector betekende.
Voor de
eisenbundels verwijzen we graag naar de websites van de vakbonden in de
verschillende sectoren van de social profit.
2. De lage lonen in de zorgsector
Sinds 2002
(!) wordt er gewerkt aan een nieuwe functieclassificatie (IF-IC) én theoretisch
loonmodel. Hieruit blijkt een duidelijke loonhandicap in vergelijking met
andere sectoren. Een volledige uitvoering van het theoretisch loonmodel zou een
meerkost betekenen van meer dan 900 miljoen (!) euro. Om het systeem een
ernstige start te geven zou een eerste schijf van 100 miljoen euro nodig zijn.
Minister De Block heeft slechts 50 miljoen hiervoor opzijgezet voor 2017. Dit
is té weinig om onmiddellijk voor iedereen tot een merkbare verbetering te
komen. De premies voor de bijzondere beroepstitels en bekwaamheden zouden
geïntegreerd worden in het loon (wat gunstiger is voor o.a. de berekening van
het pensioen) Maar voor alle duidelijkheid: we hebben het hier over de federale
sectoren. Onze laatste baremieke loonsverhoging (+1%) dateert van … 2001!
3. Té weinig personeel !!!
De
personeelsnormen moeten dringend omhoog (zeker in de woonzorgcentra) want de
werkdruk is niet langer houdbaar, zeker als er collega’s ziek vallen. Het
systeem van mobiele equipes is een goede maatregel maar in de praktijk pakt het
soms anders uit. De mobiele equipes worden in heel wat instellingen ingezet om
langdurige afwezigheden op te vangen, wat problematisch is bij onverwachte
afwezigheden bij ziekte natuurlijk want dan is de mobiele equipe al grotendeels
ergens anders ingepland … Dat de mobiele equipes te kort schieten wordt ook
bewezen door de ruime inzet van interims (in diverse vormen) en aparte
‘dagcontracten.’ De enige duurzame oplossing is een betekenisvolle verhoging
van de personeelsnormen aangezien deze achterhaald en allesbehalve aangepast
zijn aan de toegenomen zorgzwaarte.
Te weinig
personeel hangt ook samen met de voortschrijdende commercialisering in de zorgsector.
De onstilbare
winsthonger van de zorgmultinationals (commerciële woonzorgcentra) geeft
aanleiding tot mensonwaardige toestanden, zowel voor de bewoners als het
personeel. Om de winsten voor de aandeelhouders te maximaliseren moeten immers
de middelen en het personeel tot een absoluut minimum beperkt worden.
4. De toekomstige hervorming (lees: het
decimeren) van het ziekenhuislandschap
Een andere reden
om op straat te komen, zijn de diepgaande hervormingen in de gezondheidszorg
die nu en de komende jaren op de rails zullen gezet worden. Onder druk van de
besparingen zullen die hervormingen versneld uitgevoerd worden. Dat laat alvast
het ergste vermoeden.
Eén ervan is
de verplichte netwerking: de 91 apart werkende ziekenhuizen in ons land zullen
zich in maximum 25 netwerken moeten verdelen. Dit zal onvermijdelijk tot sluiting
van bedden (4000 volgens De Standaard 12/11/2016) en dus jobverlies leiden, zowel bij de ondersteunende diensten (via
outsourcing en het opzetten van gezamenlijke logistieke platformen) als de
zorgdiensten. Voor de zorgdiensten zullen waarschijnlijk materniteit en
pediatrie het eerst in het vizier komen. Ziekenhuizen zullen onderling moeten
overeenkomen wie welke specialiteit gaat aanbieden. Anderzijds wil men zo veel
mogelijk zorg (inclusief chemotherapie) via de thuisverpleging organiseren om
patiënten zo veel mogelijk uit het ziekenhuis te weren. Wat natuurlijk nog eens
een afbouw van het personeelsbestand in de ziekenhuizen betekent. Heel wat “proefprojecten”
lopen al. Na een positieve evaluatie zullen zij zeer snel ingevoerd worden.
DRG-financiering
En dan hebben
we het nog niet gehad over de toekomstige ziekenhuisfinanciering waarbij men
zich hoofdzakelijk wil baseren op DRG’s (diagnostisch gerelateerde groepen) In
mensentaal: voor elke patiënt die beantwoordt aan een welomschreven
diagnostische groep zal er een vast enveloppe komen, onafhankelijk van “hoeveel
keer hij onder de machines wordt gelegd.” Misschien in eerste instantie een
goed idee ter bestrijding van de beruchte overconsumptie maar het houdt heel
wat gevaren in. Ziekenhuizen zouden kunnen geneigd zijn om enkel te
specialiseren in de DRG’s die financieel het interessantst zijn. Voor wie gaat
dan “de overschot” zijn? Wat gaat men doen met de prestaties van de artsen? De
verschillende bedragen voor de DRG’s zullen doorgaans naar beneden toe
ingeschat worden (’t is crisis!) wat de ziekenhuizen terug zal dwingen te
besparen en zo komen we in een vicieuze cirkel die in deze tekst verschillende
keren aan bod komt.
Een pittig
detail: in Duitsland werd na een proefperiode in 2004 de DRG-financiering in de
ziekenhuizen definitief ingevoerd. Zwitserland volgde in 2012. VOORAF schafte
men echter de personeelsnormen af. De gevolgen waren catastrofaal voor de
werkgelegenheid én deed de werkdruk in de sector enorm stijgen. Dit is niet
toevallig aangezien de grootste kost van een ziekenhuis het personeel is. Ziekenhuizen splitsten dan ook hun ondersteunende diensten (onderhoud, keuken, logistiek, ...)
systematisch af om fors te besparen. Volgens de vakbond Ver.di zijn er momenteel 162.000
werknemers (voornamelijk verpleegkundigen) te weinig in de Duitse ziekenhuizen.
5. Papierwerk neemt hand over hand toe
De
administratieve rompslomp neemt jaar na jaar toe (door bijvoorbeeld accreditering
en allerhande kwaliteitsnormen die moeten gehaald worden) Dit verhoogt de reeds
zware werkdruk en vermindert de tijd dat men effectief kan bezig zijn met de
patiënten.
6. Wat met de toekomst van de
zorgberoepen?
Het ziet er
eveneens naar uit dat men via de vernieuwing van KB 78 (nu “WUG” geheten: de gecoördineerde Wet betreffende de Uitoefening van de
Gezondheidszorgberoepen)
de zorgberoepen wil overhoop gooien door verschuiving van taken en
verantwoordelijkheden en de mogelijke introductie van een nieuwe intermediaire
functie, de “health care assistant.” Dit zijn allemaal “concepten” waar nog geen
definitieve beslissing over gevallen is.
7. Regionalisering maakt een “complexe
soep” van de zorgsector
We zitten nu in
een overgangsperiode waarbij bepaalde
federale sectoren overgaan naar de deelstaten (bijvoorbeeld de woonzorgcentra,
de specialistische ziekenhuizen) Echter heel wat bevoegdheden zijn en blijven
gemengd: kwestie van de zaken gemakkelijk en efficiënt te maken … NOT!
Wat o.a. de
loonvorming en de opleidingen betreft, is de regionalisering géén goed idee. De
opleidingen voor verpleegkunde aan beide kanten van de taalgrens verschillen
ernstig . Dan hebben we het vooral over de “oude A2”: in Vlaanderen HBO 5 op 3
jaar (gegradueerden op niveau 5) en aan de andere kant van de taalgrens
gebrevetteerden op niveau 4 op ... 3,5 jaar! En wat met de lonen in de
bejaardenzorg als zij niet langer onder
federale bevoegdheid vallen? Zullen zij meestappen in het IF-IC verhaal of
niet?
Een ander
verhaal is “artikel 107”: de mobiele teams in de psychiatrie. Zij vallen onder
Vlaamse bevoegdheid maar doorgaans is het personeel afkomstig van een
psychiatrisch ziekenhuis dat afhangt van federaal. Het loonbeleid is hier
allesbehalve eenduidig. De afbouw van ziekenhuisbedden in de psychiatrie dat
gepaard gaat met artikel 107, zorgt ervoor dat meer en meer psychiatrische
patiënten op straat komen te staan en uiteindelijk in de daklozenopvang
terechtkomen. En zo zijn er wel nog voorbeelden te geven van de toegenomen
complexiteit én hun negatieve gevolgen. Efficiëntie is toch wel wat anders?
8. Vul zelf maar verder aan …