zondag 27 oktober 2019

Recente acties in de privéziekenhuizen: van ludieke sensibilisering tot échte stakingen


De directe aanleiding tot de acties op 24 oktober  was de blokkeringspolitiek van de werkgevers met betrekking tot de uitvoering van het sociaal akkoord voor de private federale gezondheidsdiensten. Dat akkoord werd op 25 oktober 2017 getekend door alle sociale partners. De champagne werd destijds echter niet ontkurkt omdat er toen al ernstige bedenkingen bestonden bij de basis van sommige vakbonden. Het was kristalhelder dat het akkoord té mager uitviel om de zich aankondigende zorgcrisis kordaat aan te pakken. Het budget voor de invoering van het nieuw functieclassificatie- en baremasysteem IF-IC trok uiteindelijk alle partners (aarzelend) over de streep. Hiervoor verwijzen we graag naar volgend artikel.

Zelfde ordewoorden maar andere uitvoering

Naar aanloop van de nationale actiedag in de instellingen (enkel in de private federale sector!) viel er toch wat verwarring en onenigheid te bespeuren in vakbondskringen. De aankomende sociale verkiezingen in mei 2020 leggen een zekere druk op het gemeenschappelijk vakbondsfront. Dit verklaart echter slechts gedeeltelijk waarom de actievorm ernstig verschilde van regio tot regio. In Vlaanderen beperkte de actie zich eerder tot ludieke sensibiliseringsacties met enkel vakbondsafgevaardigden die zich in staking zetten; in Wallonië en Brussel werd er effectief gestaakt. De mediafocus langs Franstalige kant lag wel op Brussel én dit was ook géén toeval.

In Brussel werd er trouwens ook in rusthuizen actie gevoerd. In de hoofdstad waart de geest rond van de continue acties in de Franse ziekenhuizen dat zich hier vertaald heeft in de oprichting van een nieuwe burgerbeweging: ”La santé en lutte” (vrij vertaald: “De zorg in actie”) La santé en lutte ontstond op organische wijze uit het samenvloeien van het actieplan van het Brussels gemeentepersoneel (inclusief de IRIS-ziekenhuizen) en de “mardis des blouses blanches.” Dit specifiek element - dat toch zekere druk uitoefent op de vakbonden - ontbreekt in Vlaanderen én Wallonië.

De problematiek in de ziekenhuizen is véél breder dan ‘de technische aspecten’ van het sociaal akkoord van 2017.

Terwijl in Vlaanderen en Wallonië de focus van de acties lag op de eerder technische aspecten van het sociaal akkoord werd de zorgcrisis in Brussel veel breder aangekaart. Het groeide uit tot een elementair protest tegen de ontmenselijking/industrialisering van de zorg waar werknemers behandeld worden als robots en patiënten als nummers. Een meer autoritair personeelsregime is één van de logische consequenties hiervan. De zorg wordt kunstmatig opgesplitst in een batterij van fabrieksprocessen waaraan telkens controlemechanismen gekoppeld worden. Hetzelfde format wordt op elke patiënt toegepast.

De leuze "de patiënt staat centraal" blijkt in de realiteit niets anders dan holle propaganda te zijn. De centen staan centraal: dat is de brute realiteit. En dan vraagt men zich af waarom studenten en collega’s afhaken? Het ideaal van de zorg staat haaks op de bittere praktijk. De neoliberale recepten, de chronische besparingen, de immer stijgende werkdruk en de toenemende personeelstekorten zijn elementen die een explosieve cocktail vormen. Het contrast tussen “de werkmieren” die letterlijk en figuurlijk gebukt gaan en de bovenste échelons van de hiërarchie in de ziekenhuizen is nog nooit zo groot geweest!


De prijs voor “grootste hufter” op de actiedag gaat naar het ziekenhuisbestuur van Sainte-Anne Saint-Rémi (CHIREC) in Brussel.

De problemen in dat ziekenhuis kondigden zich al aan naar aanleiding van de onderhandelingen in het stakingscomité. Dit is een orgaan waar vertegenwoordigers van de werkgever en de vakbond met elkaar overleggen hoe de minimumdienstverlening concreet te organiseren tijdens een staking. Het werd duidelijk dat de directie het organiseren van een zondagdienst (zoals gebruikelijk tijdens een ‘echte’ staking) niet ernstig nam. Indien het stakingscomité er niet uitkomt, dient de werkgever het paritair comité in te schakelen … wat niet gebeurde.

Gevolg was dat de gebrekkige naamlijst van de minimumbezetting pas donderdagochtend (de dag van de staking zelf) gecommuniceerd werd … met alle chaos van dien.

De verrassing (en paniek) moet groot geweest zijn bij de directie toen ze tot besef kwam dat het een échte staking betrof en niet “de traditionele softe bedoening.” De stakingspiketten in de ‘zachte’ sector reflecteren doorgaans dit adjectief … dus directies verwachten zich niet aan het feit dat het harder kan gespeeld worden.

Vanaf  6 uur ’s ochtends werden meerdere stakingspiketten geïnstalleerd aan het ziekenhuis en werd er een filterblokkade toegepast bij elke toegang: enkel personeelsleden die op de lijst van zondagdienst stonden, werden doorgelaten.  Dokters, patiënten, zelfstandigen en bezoekers werden eveneens doorgelaten. Naarmate de ochtend vorderde, bleek ook dat stagiairs ingezet werden om de gaten te vullen … wat totaal onacceptabel is.

De filterblokkade op de parking (foto links) zorgde voor lange files op straat, wat de militanten de gelegenheid gaf een pamflet te geven en een woordje uitleg te doen aan de wachtende chauffeurs van het passerend verkeer. Na de uitleg bleken vele chauffeurs de actie te steunen.

Een grote groep militanten van BBTK-SETCa BHV Ziekenhuizen stond stand-by vanaf 18 uur woensdagavond om donderdagochtend bij te springen waar nodig. Dat was dus Sainte-Anne Saint-Rémi. De piketten waren in gemeenschappelijk vakbondsfront en waren veel meer bevolkt dan gewoonlijk door versterking van buitenaf. Verschillende groepen en individuen zoals bijvoorbeeld de nieuwe burgerbeweging La santé en lutte versterkten de piketten uit solidariteit.

De reactie vanwege de directie was een indicatie van hoe zij met het eigen personeel omgaan. Er was sprake van zowel verbale (inclusief racistische opmerkingen) als fysieke agressie naar actievoerders toe. Er volgden verscheidene incidenten waarbij o.a. twee vakbondssecretarissen lichte verwondingen opliepen. Gelukkig hielden de militanten het hoofd koel, wat van de andere kant niet meteen kon gezegd worden.

Uiteraard draait de ziekenhuisdirectie de feiten om en maakt ze gebruik van de traditionele antivakbondsleugens zoals je hier kan lezen in hun persbericht.

Een première: rechtstreekse interpellatie van de werkgeversvertegenwoordigers in groep door vakbondsafgevaardigden

Op de middag werden vertegenwoordigers van de Franstalige en Brusselse werkgeversfederaties  Gibbis, Santhea en Unessa (zie foto links) uitgenodigd op het BBTK-meetingcenter in Brussel. Dit was een actie van de Waalse SETCa afdelingen, ondersteund door de afdeling Brussel-Halle-Vilvoorde.

Eerst werden de vertegenwoordigers van de werkgeversfederaties geconfronteerd met het onacceptabel en hufterig gedrag van de directie van Sainte Anne-Saint Rémi tegenover de actievoerders. Er werden nogal ogen getrokken … en het werd zeer stil op de werkgeversbank.

Dan kwam het echte doel van de actie aan bod. Op de lokale ondernemingsraden van oktober werden de plaatselijke directies gevraagd naar hun standpunt met betrekking tot het niet ondertekenen van de betreffende 6 cao’s van het sociaal akkoord door de werkgeversfederaties. De vertegenwoordigers van de werkgeversfederaties werden in Brussel met de antwoorden van de lokale directies geconfronteerd door vakbondsafgevaardigden. Er was ook ruimte voor algemene tussenkomsten van de militanten naar de werkgeversvertegenwoordigers toe.

De vertegenwoordigers van de werkgevers bevestigden zoals hun persbericht ’s ochtends dat ze bereid waren om de cao’s te ondertekenen. Parole, parole, parole … Dat interesseert ons niet: geen woorden maar daden!

Wordt ongetwijfeld vervolgd …

PS: De uitslag van een poll van RTBF radio op 24 oktober zegt genoeg over de steun van de acties in de ziekenhuizen bij de bevolking: 93% begrijpt waarom de zorgprofessionals in staking gaan tegen slechts 7% niet.

link naar filmpje met compilatie van journaalbeelden over de acties op 24 oktober

maandag 13 mei 2019

Zorgcrisis. Wij eisen MEER personeel en MEER middelen!

De personeelstekorten in zorg en welzijn – die in de toekomst nog zullen toenemen –  laten zich nu al goed op de werkvloer voelen. Dit zet de werkgevers aan om “creatief” om te gaan met de inzet van personeel in tijd en ruimte. In mensentaal: de reeds hoge flexibiliteit in de sector wordt verder opgedreven. Dit resulteert echter niet in het fundamenteel verlagen van de toenemende werkdruk en bijhorende stress, integendeel!
Hervormingen lopen niet van een leien dakje …
Voor de ziekenhuizen komt daar dan nog het verhaal van de netwerken tussenfietsen dat impliciet aanspoort tot centralisatie, outsourcing en uiteindelijk inkrimpen van de sector. Langs Franstalige kant komt de toekomst van de openbare ziekenhuizen in het gedrang. Langs Vlaamse kant is de openbare ziekenhuissector al een tijdje aan het uitdoven door een sluipende privatisering waardoor hybride (*) ziekenhuizen eerder de regel dan de uitzondering zijn.
Volgens het KCE – de denktank van het ministerie van volksgezondheid – moeten er de komende jaren 5000 acute ziekenhuisbedden sneuvelen. Vanuit de overheid wenst men een grote omslag te maken van residentiële/collectieve zorg naar individuele zorg thuis … om de kosten te drukken.
(*) hybride ziekenhuizen: oorspronkelijk openbare ziekenhuizen die door de sluipende privatisering bestaan uit zowel een openbare poot  – voor de verliezen –  en een private poot – voor de winsten.
De rugzakjes
Ondanks de ronkende verhalen over het centraal stellen en bevorderen van de autonomie van de patiënt/bewoner/cliënt en allerlei rugzakjes waarmee men dit probeert te verkopen, komt dit neer op besparingen én niet onbelangrijk: het verder opentrekken van de sector voor private en commerciële initiatieven die zich uiteraard enkel storten op de winstgevende brokjes.
Die zogenaamde rugzakjes of persoonsvolgende financiering werd een goede 2 jaar geleden ingevoerd in de gehandicaptenzorg. In 2017 wachtten liefst 14.254 mensen op een persoonsvolgend budget. Dat jaar had het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) 57.710 zorgvragers onder zijn vleugels. De persoonsvolgende financiering zal ook gefaseerd in de ouderenzorg geïntroduceerd worden …
Je hoeft geen kernfysicus te zijn om te beseffen dat fundamentele hervormingen in de gezondheidszorg niet van een leien dakje lopen als die meer dan een minivoetbalploeg aan ministers van volksgezondheid moeten passeren. De eertijds té optimistische raming van 10 jaar wordt nu bijgesteld tot eerder 20 jaar eer alle hervormingen in de gezondheidszorg helemaal doorgevoerd zullen zijn …
Het grootste kapitaal in zorg en welzijn is het … menselijk kapitaal!
Met te weinig middelen, desinvesteringen en een voortschrijdende privatisering en commercialisering van zorg en welzijn blijft de sector wel degelijk verder draaien … maar wel vierkant! De menselijke dimensie in zorg en welzijn, de warme zorg, dreigt helemaal te verzuipen onder routineus fabriekswerk. Warme zorg valt niet te vatten door Exceltabellen die geïnterpreteerd worden door externe consultants in opdracht van accrediteringstrajecten of andere bureaucraten.
De sector aantrekkelijk maken kan enkel door deftige arbeidsvoorwaarden te garanderen maar dit heeft ook zijn limieten. Bijvoorbeeld een verpleegkundige die aan bed van de patiënt wil werken, kan na haar/zijn studies ‘uitkijken’ naar ploegenwerk, 1 op 2 weekends werken, 1 op 2 feestdagen werken, uurroosters die om de haverklap aangepast moeten worden door collega’s die uitvallen …
Het optrekken van de extraprestaties voor oncomfortabele uren lijkt hier de enige oplossing om de pil te verzachten. De uurroosters in de zorg – sociale beroepen bij uitstek – zijn zeer asociaal!
“Comfortabele kantooruren” zijn niet voor alle beroepsgroepen in zorg en welzijn weggelegd. Maar dat zegt uiteraard niets over het extra werk en dossiers die je op je bord krijgt.
Wat gezondheidszorg betreft, valt het palmares van de huidige regeringen zeer mager uit, zeker als men de reële (groeiende) behoeften bekijkt.
In tegendeel: laat ons niet de miljarden besparingen door de laatste federale regeringen vergeten: Onder de regering-Di Rupo bespaarde de ziekteverzekering ruim 4 miljard euro, waarvan 1 miljard euro ‘netto besparingen’ (de overige 3 miljard euro werd gerealiseerd door het wegsnijden van de beschikbare marge). De besparingsteller is onder deze regering nog met 3,84 miljard euro aangedikt, waarvan ruim de helft netto besparingen.” (studiedienst Nationaal Verbond van Socialistische Mutualiteiten, december 2017)
We zitten in het begin van een heuse zorgcrisis maar beleidsmakers doen alsof het business as usual is. Op de valreep kon Maggie De Block nog het takenpakket voor de zorgkundigen uitbreiden, wat concreet neerkomt op het regulariseren van taken die zorgkundigen nu in heel wat woonzorgcentra reeds (illegaal) uitvoeren. Dit zou in theorie het steeds groter wordende tekort aan verpleegkundigen moeten opvangen … in theorie.
Het strooibusje van Vandeurzen …
De noodzakelijke investeringen in zorg en welzijn gaan over miljarden, niet over miljoenen: enkele cijfers.
Er is 1,6 miljard euro extra nodig om de wachtlijsten in de gehandicaptenzorg (ongeveer 15.000 personen) volledig weg te werken. Dit is nét geen verdubbeling van het huidige budget van 1,7 miljard euro voor het VAPH.
Vanaf 1 juli krijgen 391 woonzorgcentra in Vlaanderen 22 miljoen euro extra voor bewoners met een zwaar zorgprofiel. Concreet betekent dit 400 extra werkkrachten. Volgens werkgeverskoepel Zorgnet-Icuro is dit echter een druppel op een hete plaat. Volgens hen is er op termijn 2 miljard euro extra nodig om de gepaste zorg en ondersteuning te kunnen garanderen.
Voor een  strijdprogramma dat de reële behoeften dekt!
Massale investeringen in zorg en welzijn in plaats van besparingen in de sector!
Stop de privatisering en commercialisering van zorg en welzijn. De overheid moet haar verantwoordelijkheid nemen en zelf hiervoor instaan! Gemeenschapsgeld voor zorg en welzijn is niet bedoeld om de zakken van private aandeelhouders te laten aanzwellen!
Wat in Antwerpen (voorlopig) nog kon tegengehouden worden door een protestbeweging onder de noemer ‘Sociaal werk is niet te koop’ wordt in Gent realiteit: een deel van de daklozenopvang wordt uitbesteed aan G4S. Uitbesteding van delen van de daklozenopvang leidt er uiteindelijk toe dat het sociale element verdwijnt om plaats te maken voor repressie en opvang die beperkt is tot ‘bad, bed, brood’.
Het herfederaliseren van de gezondheidszorg“Wat we zelf doen, doen we beter,” blijkt een illusie te zijn. Regionalisering is geen wondermiddel voor de diverse wachtlijsten in o.a. de gehandicaptensector.
Regionalisering zorgt voor heel wat problemen!
Door de opeenvolgende staatshervormingen groeien de arbeidsvoorwaarden in onze zeer diverse sector meer en meer uit elkaar. Het zou eigenlijk geen verschil mogen maken waar je werkt: Vlaanderen, Brussel of Wallonië … Hetzelfde geldt voor de diploma’s van de gezondheidszorgberoepen: denk maar aan de discrepantie tussen de verpleegkundige opleidingen in Vlaanderen en Wallonië. Dat is het resultaat van de regionalisering van het onderwijs.
Ons land is maar een vaatdoek groot: 3 verschillende gezondheidszorgsystemen die steeds verder uiteengroeien (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) is een regelrechte absurditeit. Patiënten/bewoners/cliënten houden zich ook niet aan artificiële communautaire grenzen!
Behoud én versterking van de federale sociale zekerheid.
CD&V wil via een zevende staatshervorming vanaf 2024 al wat nog rest van gezondheidszorg op federaal vlak overhevelen naar Vlaanderen. Dit betekent niet meer of minder dan een ernstige stap richting volledige splitsing van de sociale zekerheid.
Om werkbaar werk op lange termijn in de sector mogelijk te maken, is een radicale arbeidsduurvermindering nodig (naar het voorbeeld van zorgexperimenten in Scandinavië) Wel te verstaan: met compenserende aanwervingen gecombineerd met een formeel verbod op (on)vrijwillige deeltijdse arbeid. Deeltijdse arbeid maakt de vrouw immers financieel meer afhankelijk in of buiten het gezin. Gezien de zorgsector een uitgelezen vrouwensector is, pleiten we ook voor massale investeringen in aangepaste kinderopvang én het verregaand socialiseren van de huishoudelijke taken.
Zo een programma gaat uit van de behoeften van de werknemers in de sector en niet van “wat mogelijk is” voor politici en werkgevers, laat staan de commerciële geldwolven.  De jonge klimaatstakers hebben het reeds aangetoond: als we onze toekomst laten afhangen van de goede wil van politici en werkgevers … dan zijn we zwaar gesjareld!
Volgens ons is dit alles niet mogelijk in een maatschappij die gedreven wordt door de winstzucht van een zeer kleine minderheid terwijl de overgrote meerderheid steeds meer moet inleveren op levenskwaliteit. Zolang de productiemiddelen (alles wat nodig is om materiële welvaart te creëren) en dus de economie in privéhanden zijn, kunnen we onmogelijk over echte democratie spreken.
Wij streven naar een maatschappij die ten dienste staat van de reële behoeften van de overgrote meerderheid van de bevolking – de zogenaamde 99% – en niet van de waanzinnige opeenhoping van rijkdom door de 1%. Voor ons is dit een democratisch-socialistische maatschappij.

donderdag 7 februari 2019

Gemorrel in de marge gaat ernstig personeelsgebrek niet oplossen!


Al heel wat jaren wisten beleidsmakers dat we ons aan een rampzalig personeelstekort en dito arbeidsomstandigheden in de zorg konden verwachten. Maar net zoals bij de klimaatbeweging bleef kordate actie vanwege de overheden achterwege, geruchtmakende tv-reportages over de ouderenzorg ten spijt. Pas eind vorig jaar werd een  “TASKFORCE ACTIEPLAN 4.0” opgericht die een beleid moet uitstippelen dat een antwoord biedt op het groeiende personeelstekort in zorg en welzijn. De taskforce bestaat uit vertegenwoordigers van de vakbonden, werkgevers en de overheden. Deze kwam reeds één keer samen maar kan alvast niet verdacht worden van revolutionaire ideeën of out-of-the-box denken: veel verder dan het opsommen van de traditionele batterij aan maatregelen komt men voorlopig niet.

Alarmerende cijfers

Volgens werkgeversorganisatie Verso zullen er in Vlaanderen tot 2026 jaarlijks zo’n 46.000 nieuwe collega’s in de ziekenhuizen, kinderopvang, rusthuizen, etc. moeten bijkomen. In 2008 stonden er tegenover 100 oudere werknemers (50-plus) 98 jonge medewerkers, in 2016 is dat amper 60. De vervangingsvraag stijgt dus. Dat zijn er telkens 10.000 meer dan in de afgelopen vijf jaar (+ 28 procent) Volgens Verso verlaat één op acht werknemers de sector (excl. de 55-plussers) Wat het tekort aan verpleegkundigen betreft, spreken volgende cijfers boekdelen: in 2017 behaalden 4.683 studenten een diploma in de verpleegkunde  tegenover 10.370 openstaande vacatures bij de VDAB. Ongeveer de helft van de studenten die aan een opleiding begint, behaalt ook effectief de eindmeet. Volgens de meest recente cijfers (2016) zijn er in Vlaanderen 120.555 mensen die gemachtigd zijn om het  verpleegkundig beroep uit te oefenen. Hiervan waren 88.110 actief als verpleegkundige. Het Belgisch totaal van verpleegkundigen met een visum bedraagt 202.402 met 143.470 actief in het beroep. Van de 58.932 niet-actieve verpleegkundigen in België zijn er 29.303 of 50% op pensioen.

Importeren van buitenlandse zorgwerkers?

Gezien de tekorten aan zorgwerkers een internationaal fenomeen zijn, lijkt dit een doekje voor het bloeden. Naar aanleiding van de staking van verpleegkundigen en vroedvrouwen in Ierland op 30 januari 2019 voerden meer dan 250 Ierse verpleegkundigen actie met een spandoek voor het bekende operahuis in Sydney (Australië) Op de spandoek stond te lezen: “Geef ons een reden om naar huis terug te keren!” In Duitsland verzet de vakbond ver.di zich met klem tegen de ongebreidelde import van zorgwerkers … om deze collega’s te beschermen tegen de leugenachtige verhalen waarmee ze geronseld worden door commerciële bedrijven én de bijhorende wurgcontracten (immense boetes als ze het contract verbreken eens ze de realiteit op de werkvloer leren kennen)

De grapjassen van Armonea …

In de aanloop naar deze betoging vond Armonea, de commerciële rusthuisuitbater, het nodig om in een opiniestuk een absurd ballonnetje op te laten: Minder verpleegkundigen lossen het tekort aan verpleegkundigen op.” Het argument bij uitstek is dat in de Waalse WZC’s minder verpleegkundigen ingezet worden. Een woonzorgcentrum met 100 bewoners in Vlaanderen moet over 11,37 voltijdse verpleegkundigen beschikken, in Wallonië maar 7,83 … De zorgzwaarte en complexiteit van de zorg neemt echter hand over hand toe naarmate onze bejaarden ouder worden én (terecht) steeds langer wachten eer ze verhuizen naar een WZC. Maar dat zal waarschijnlijk maar “een detail” zijn voor een bedrijf dat in eerste instantie winst moet genereren in plaats van zorg. Het vervangen van duurdere verpleegkundigen door goedkopere anderen kan de winst gevoelig opdrijven … De discussie over een doorgedreven functiedifferentiatie in de zorg is al jaren bezig maar het is een brug te ver als men bij voorbaat uitgaat van minder (en welke?) verpleegkundigen.

We verwijzen hierbij naar de discussie over de uitbreiding van het takenpakket van de zorgkundige: één van de hervormingen van Maggie De Block die door het voortijdig vallen van de regering op pauze staat.

De ‘healthcare assistant’

Armonea lijkt mee te gaan met de enge en elitaire visie op het verpleegkundig zorgdomein van de bestuurders van de verpleegkundige beroepsorganisaties. Deze pleiten al langer (tot nu toe tevergeefs) voor een healthcare assistant / ziekenhuisassistent op HBO 5 niveau waarbij zowel de huidige zorgkundigen als de HBO 5 verpleegkundigen zouden verdwijnen. Toch even op wijzen dat in Vlaanderen 45% van de verpleegkundigen een HBO 5 of ‘A2’ diploma op zak hebben.

Meer nodig dan ‘voorzichtige stapjes’ …

We vloeken niet in de kerk als we stellen dat de sociale akkoorden in de Vlaamse en federale zorgsectoren een voorzichtig stapje vooruit zijn maar in het perspectief van de zich ontwikkelende zorgcrisis helemaal niet volstaan.

Het plan van de vakbonden voor de ouderenzorg is een stap in de goede richting. In de WZC’s zijn er momenteel gemiddeld 0,64 personeelsleden per bewoner. De vakbonden eisen een concreet plan dat naar 1 personeelslid per bewoner toewerkt. Verder eist het vakbondsfront nieuwe personeelsnormen en voldoende financiering van de overheid die rekening houden met de gestegen zorgzwaarte van de bewoners. Een andere eis is de uitbreiding van de mobiele equipes om het werk werkbaar te houden. En last but not least: een verbod op het uitkeren van winst in de zorg. Gemeenschapsgeld dient niet om aandeelhouders rijker te maken!

Radicale eisen voor het daadwerkelijk oplossen van de zorgcrisis

Om werkbaar werk op lange termijn in de sector mogelijk te maken, ijveren wij voor een radicale arbeidsduurvermindering (naar het voorbeeld van zorgexperimenten in Scandinavië) met behoud van loon en compenserende aanwervingen. Dit in combinatie met een verbod op (on)vrijwillige deeltijdse arbeid. Deeltijdse arbeid maakt de vrouw immers financieel meer afhankelijk in of buiten het gezin. Gezien de zorgsector een uitgelezen vrouwensector is, pleiten we ook voor massale investeringen in aangepaste kinderopvang én het verregaand socialiseren van de huishoudelijke taken. Zo een programma gaat uit van de behoeften van de werknemers in de sector en niet van “wat mogelijk is” voor politici en werkgevers, laat staan de commerciële geldwolven.  De jonge klimaatstakers hebben het reeds aangetoond: als we onze toekomst laten afhangen van de goede wil van politici en werkgevers … dan zijn we zwaar gesjareld!