maandag 12 december 2011

Verslag actie AC-ABVV sociale en beschutte werkplaatsen.

“Niet meer! Niet minder!”

Met deze slogan protesteerden zo’n 200 werknemers van de Vlaamse sociale en beschutte werkplaatsen afgelopen vrijdag in Brussel. Op 2 december werd het sociaal akkoord met de Vlaamse regering ondertekend door de vakbonden en werkgevers. Eén centrale weigerde te tekenen en weigert nog steeds. De Algemene Centrale van het ABVV is niet te spreken over de uitgewerkte regeling voor de eindejaarspremie. Bijna alle 150.000 werknemers binnen de Vlaamse non-profit krijgen vanaf 2012 gemiddeld 95% van een volwaardige eindejaarspremie. Bijna allemaal, want de arbeiders van de werkplaatsen krijgen slechts 87% van een volwaardige eindejaarspremie. Daarom is hun eis ook zeer terecht. De AC breekt het akkoord op zich niet af, maar wil een gelijkwaardige behandeling voor iedereen. “Niet meer! niet minder!”

“Niet zomaar een eis, maar het verschil tussen River en Pepsi”

Nog voor de start van de actie, werd er al een delegatie van de Algemene Centrale ontvangen door de vier betrokken ministers. Minister-president Peeters (CD&V), Vlaams minister van welzijn Van Deurzen (CD&V), Vlaamse begrotingsminister Muyters (N-VA) en Vlaams minister van sociale economie Van Den Bossche (Sp.a). De grote bereidheid tot gesprek staat in schril contrast met de onderhandelingssnelheid van de afgelopen twee jaar en is op twee manieren te verklaren. Of de ministers zien de ernst van de situatie in, of er is de hoge voorspelbaarheid van hun antwoord. De keuze is aan de lezer.

De delegatie van AC kreeg al snel te horen dat het sociaal akkoord door de overgrote meerderheid van de betrokken partijen ondertekend is en dat het niet meer mogelijk is om dit akkoord terug open te breken. De betrokken ministers erkennen de ernst van de situatie, maar ‘getekend is getekend’. Er werd wel beloofd dat er een antwoord komt op de open brief van de werknemers uit de werkplaatsen. De vakbond begrijpt deze houding, maar aanvaardt dit niet. Op papier lijkt de kloof misschien niet zo groot, in werkelijkheid is het verschil duidelijk voelbaar. Op de actie werd het visueel voorgesteld aan de hand van twee winkelkarretjes. Een gelijktrekking zou er bijvoorbeeld voor zorgen dat de arbeiders van de werkplaatsen de keuze hebben om River cola te kopen of Pepsi cola, terwijl ze zich nu gedwongen moeten beperken tot de goedkopere versie.

Het verleden toont aan dat de arbeiders van de werkplaatsen zeer strijdvaardig kunnen zijn als ze hun tanden eenmaal ergens hebben ingezet. Tien jaar strijd was er nodig om het minimumloon te bekomen, maar ze hebben het. Indien nodig zal er vijf jaar lang (tot de volgende intersectorale onderhandelingen) actie gevoerd worden voor een gelijkwaardige eindejaarspremie. Er werd opgeroepen om de discussie op de werkvloer uit te breiden en zoveel mogelijk collega’s uit de andere sectoren te informeren over de situatie. In januari volgt er een tweede actie. Ditmaal aan het adres van de werkgevers. Er wordt een petitie gestart met als eis: “niet meer, niet minder”. Aan de werkgevers zal gevraagd worden deze petitie te ondersteunen en te tekenen. Als een bevredigend antwoord uitblijft, zullen er in februari nieuwe acties volgen. Zelfs stakingen zijn niet uit te sluiten.

Herstel de solidariteit!

De woede op de actie was niet enkel gericht op de Vlaamse regering, maar ook op de vakbondscentrales die het akkoord wel ondertekend hebben. De kracht van de Witte Woede is immers de grote onderlinge solidariteit, een solidariteit die op dit punt verbroken is. LSP en de militanten van Polsslag betreuren deze breuk en roepen de vakbonden op om de solidariteit te herstellen. Ons pamflet was dan ook zeer duidelijk: “onze kracht is ons aantal! Solidariteit met de werkplaatsen is noodzakelijk” en “verderzetting van de harmonisering. Niet alleen in woorden!”

meer foto's via website Algemene Centrale
meer foto's op socialisme.be

Tekst Polsslag 9 december 2011 in solidariteit met de actievoerders

Onze kracht is ons aantal
Solidariteit met de werkplaatsen is noodzakelijk !

De sterke solidariteit binnen de Social Profit is de grote kracht achter de Witte Woede. Eenheid in strijd is iets wat de beweging gemaakt heeft tot wat ze vandaag is. In het sociaal akkoord dat vorige week vrijdag goedgekeurd werd door vakbonden, werkgevers en Vlaamse regering staan echter punten die de solidariteit kunnen ondermijnen. Het luik van de eindejaarspremie is daar één van. De uitwerking ervan is onevenwichtig en nadelig voor de sociale en beschutte werkplaatsen. Toch is de verhoging van deze premie een belangrijke factor in de stijging van de koopkracht. Samen met de extra jobs, meer aandacht voor opleiding en vorming, betere ondersteuning op de werkvloer en extra geld voor het aanvullend pensioen, zorgt de nieuwe eindejaarspremie voor een voelbare verbetering van de loon- en arbeidsvoorwaarden binnen een sector van ongeveer 150.000 werknemers.

Verderzetting van de harmonisering, niet alleen in woorden

De uitbreiding van de 13° maand is een goede zaak. Maar de uitvoering ervan, zoals beschreven in het sociaal akkoord, is dit verre van. De arbeiders van de sociale en beschutte werkplaatsen krijgen een kleinere uitbreiding dan hun collega’s uit de andere sectoren. Waar het voor anderen opgetrokken wordt tot gemiddeld 95%, blijft het bij hen steken op gemiddeld 87%. In concrete cijfers gaat dit over een gemiddelde stijging van 450 euro tegenover een stijging van 179 euro. Mee stijgen naar 95% zou een verhoging betekenen van 299 euro, wat zelfs nog ver onder de 450 euro uit de andere sectoren ligt. Onevenwichtig en dus onaanvaardbaar.

In de werkplaatsen werken negen arbeiders op de tien aan het minimumloon. In tegenstelling tot de rest van de Social Profit hebben zij geen baremieke loonsverhogingen en ligt de economische werkloosheidsgraad er rond 23%. Dit laatste zorgt voor een bijkomende aanval op de eindejaarspremie, want slechts 152 uur stempelen wordt meegeteld in de berekening van de eindejaarspremie. Het zijn de werknemers van de sociale en beschutte werkplaatsen die het snelst de gevolgen van de crisis voelen en toch achtergelaten worden. Onbegrijpelijk en dus ook onaanvaardbaar.

In 2009 kostte het de werkplaatsen maanden van strijd om tot aanvaardbare voorwaarden te komen rond het systeem van economische werkloosheid. Er werden bijkomende vergoedingen voorzien per dag stempelen en de Vlaamse regering verhoogde het aantal weken economische werkloosheid, die meetellen als gewerkte dagen voor de berekening van de eindejaarspremie, van vier naar twaalf (enkel voor het jaar 2009). Toen was er een solidaire houding vanuit de andere social profitsectoren. Die moet terug komen. Samen sterk!

Met Polsslag steunen wij de eis van de werkplaatsen: een gelijkwaardige eindejaarspremie voor iedereen. De gemeenschappelijke eisenbundel is immers geen vodje papier. Daarin werd duidelijk gesteld dat voor de werkplaatsen een verderzetting van de harmonisering noodzakelijk is. Het is een gemiste kans als de eindejaarspremie buiten deze harmonisering zou vallen.

Polsslag 9 december 2011 in PDF